De elfde editie van de Europese voedingsconferentie vormde voor de afdeling Danone Health Affairs de gelegenheid om een stand van zaken op te maken van de wetenschappelijke doorbraken op het vlak van probiotica.
Onze microbiota telt meer bacteriën dan er cellen zijn in ons hele lichaam. Volgens professor Francisco Guarner-Aguilar van het Universitair Ziekenhuis Vall d’Hebron in Barcelona zullen we binnenkort een beter inzicht krijgen in de microbiota dankzij de inzet van het Europese consortium MetaHit (Metagenomics of the Human Intestinal Tract). Sinds 2008 zijn via dit project al meer dan 3,3 miljoen genen beschreven en twintigduizend functies bepaald. En volgens Guarner-Aguilar levert dit nu al heel wat waardevolle inzichten op.
Zo kan de darmflora worden onderverdeeld in drie grote groepen bacteriën, ook wel ‘enterotypen’ genoemd, die los staan van de nationaliteit, de leeftijd, de BMI en het geslacht van de persoon in kwestie. Het gaat om drie afzonderlijke ‘constellaties’ bacteriën die tegelijk aanwezig zijn. De ontdekking van deze verschillende groepen darmbacteriën vormt een belangrijke doorbraak. Zo is nu een beter inzicht mogelijk in de verstoorde darmwerking bij aandoeningen zoals obesitas of darmontsteking. De enterotypen reageren bovendien niet op dezelfde manier op voeding en geneesmiddelen (zo gaat de ontwikkeling van enterotype 2 vooral gepaard met koolhydraatrijke voeding), wat preventie op maat mogelijk maakt.
Probiotica en spijsverteringsproblemen
Van de vele voordelen van probiotica zijn de effecten op acute diarree wellicht het best gedocumenteerd, weet prof. dr. Yvan Vandenplas (UZ Brussel). Bepaalde bacteriestammen kunnen de duur van de diarree verminderen met 24 uur. Het effect op de duur en het type diarree is echter strikt afhankelijk van het product en de gebruikte bacteriestam.
Hoewel Saccharomyces boulardii en Lactobacillus casei GG op dit moment de beste resultaten opleveren in de praktijk, zeker bij kinderen jonger dan twee, krijgen ook andere stammen (Lactobacillus casei DN-114001, Lactobacillus casei Shirota, …) steeds meer aandacht op het vlak van primaire preventie. Er is echter een grote behoefte aan meer onderzoek naar de optimale dosissen en de kostprijs, om zo de best presterende stammen te selecteren.
Bij andere aspecten van de spijsvertering zijn de resultaten met probiotica eerder matig. In het geval van necrotiserende enterocolitis, infecties met Helicobacter pylori en het prikkelbaredarmsyndroom (PBS) zijn er wel bewijzen, maar die blijven eerder beperkt. Toch benadrukt prof. Philippe Marteau (Hôpital Lariboisière, Parijs) dat die wel veelbelovend zijn voor PBS.
Immunostimulatie
Een ander actueel thema op het gebied van probiotica is immunostimulatie, met als interessant voorbeeld de respons op inenting tegen seizoensgriep en vaak voorkomende winterinfecties bij senioren. Zo heeft prof. Eric Guillemard (Danone Research) de resultaten toegelicht van drie multicentrische onderzoeken naar de probioticastam Lactobacillus casei DN-114001. Enerzijds zorgt de consumptie van probiotica voor een significante verbetering van de seroconversiegraad en de vaccinatierespons. Anderzijds daalt ook de duur van infecties van de bovenste luchtwegen en rinofaryngitis, wat het potentiële belang aangeeft van bepaalde probiotica bij doelgroepen met een verzwakte natuurlijke weerstand.
Europese voedingsconferentie, Madrid, 26-29 oktober 2011.