Fluctueert de energieconsumptie tijdens de menstruatiecyclus? Voor het eerst heeft een systematische review de bestaande data samengevat en aangetoond dat er inderdaad aanzienlijke schommelingen zijn.
Hebben variaties tijdens de menstruatiecyclus een invloed op de spontane calorie-inname? Dat is wat onderzoek bij knaagdieren en een aantal onderzoeken bij mensen eerder al suggereerden, maar zonder duidelijke conclusies. Het mysterie lijkt nu echter opgelost door een meta-analyse die verscheen in Nutrition Reviews, al benadrukken de auteurs dat een zekere methodologische onnauwkeurigheid inherent is aan sommige onderzoeken.
Kort samengevat, de menstruatiecyclus bestaat uit 3 fasen: de folliculaire fase (vóór de eisprong), de ovulatie (eisprong) en de luteale fase (na de eisprong). Elke fase kenmerkt zich door veranderingen in de ovariële hormonen oestradiol en progesteron. Eerder onderzoek suggereerde al dat de energie-inname afneemt tijdens de ovulatiefase en toeneemt tijdens de luteale fase.
Lees ook: Premenstrueel syndroom: welke voedingsmarkers?
Variatie van 168 kcal per dag tijdens de menstruatiecyclus
In het kader van deze studie werden vrouwen bestudeerd tussen 18 en 45 jaar, zonder overgewicht (BMI tussen 18,5 en 25) en zonder voorgeschiedenis van eetstoornissen. De analyse richtte zich uiteindelijk op 15 onderzoeken waarbij 330 vrouwen van gemiddeld 26 jaar met een gemiddelde BMI van 22,4 betrokken waren.
Uit de analyse bleek dat de energie-inname tijdens de menstruatiecyclus inderdaad significant schommelt, en stijgt tijdens de luteale fase. Hierdoor verschilt de energie-inname in de luteale fase en de folliculaire fase tot 168 kcal per dag.
Volgens de onderzoekers zou die hogere energieconsumptie tijdens de luteale fase verklaard kunnen worden door het feit dat het lichaam zich op een potentiële zwangerschap – en bijgevolg een hogere energiebehoefte – voorbereidt.
Lees ook: Vis tijdens de zwangerschap: ja of nee?
Verschillen tussen mannen en vrouwen
Hoe dan ook onthult deze studie nieuwe informatie over vrouwen in de vruchtbare leeftijd. De auteurs poneren zelfs de hypothese dat deze specifieke kenmerken de waargenomen verschillen tussen mannen en vrouwen in interventiestudies voor gewichtsverlies kunnen helpen verklaren. Zo resulteerde een interventieprogramma van 16 maanden op basis van aerobe lichaamsbeweging bij mannen in een gemiddeld gewichtsverlies van 5,2 kg en bij vrouwen in een gewichtstoename van 0,6 kg. Ook dieetinterventies zijn minder efficiënt bij vrouwen dan bij mannen. De auteurs verwijzen naar een systematische review die rapporteerde dat in 10 van de 11 onderzoeken het gemiddelde gewichtsverlies bij mannen 4,1 kg was, en bij vrouwen 2,9 kg.
Aanvullend onderzoek is nodig om beter te begrijpen welke invloed hormonale veranderingen hebben op de energiebalans en gewichtsbeheersing, en dus ook op het eetgedrag.
Lees ook: Welk dieet je ook volgt, je vermagert niet blijvend