De WHO trekt aan de alarmbel op het vlak van zout. Voor het eerst beveelt de organisatie het gebruik van zoutvervangers – voornamelijk op basis van kalium – in plaats van tafelzout aan.
In tegenstelling tot suiker – vandaag massaal onder de aandacht en bron van bezorgdheid – is zout de laatste tijd maar een weinig besproken onderwerp. Nochtans consumeren we bijna dubbel zo veel zout als de door de WHO vooropgestelde grenswaarde van 5 gram per dag. Met alle gevolgen van dien voor de gezondheid. Volgens de gegevens van de laatste Global Burden of Disease (2024) is de overmatige zoutinname de op drie na grootste voedingsrisicofactor in België, na de te lage consumptie van volle granen, de overmaat aan bewerkt en rood vlees, en vóór de te lage consumptie van fruit. Een voedingslijstje waar men blijkbaar weinig van wakker ligt …
À lire aussi : Hypertensie: voeding even doeltreffend als geneesmiddelen
De zoutverlaging gaat te traag
De WHO zet de zoutproblematiek opnieuw op de agenda en herinnert eraan dat een te hoge zoutinname elk jaar verantwoordelijk is voor bijna 2 miljoen overlijdens. Het grootste probleem is uiteraard het effect van zout op de bloeddruk, en dus het risico op cardiovasculaire ziektes. In 2019 had de WHO als doel gesteld om de zoutinname van de mensen tegen 2030 met 30 % te verlagen, maar er is te weinig schot in de zaak … Vandaar dat de internationale organisatie via haar afdeling Nutrition and Food Safety voortaan het gebruik van zoutvervangers met een laag natriumgehalte aanbeveelt, vooral zout op basis van kalium (naast andere vervangers zoals magnesiumsulfaat).
De vervanging van natrium door kalium is dubbel interessant: het beperkt de inname van natrium en verhoogt de inname van kalium, wat het bloeddrukverlagende effect versterkt, zoals duidelijk werd aangetoond in het DASH-dieet (Dietary Approaches to Stop Hypertension).
À lire aussi : Kunnen sommige diëten migraine voorkomen?
Voordelen en beperkingen van kalium
Op proportioneel vlak is het dus absoluut gerechtvaardigd om natriumchloride (al is het maar gedeeltelijk) te vervangen door kaliumchloride. Zoutvervangers op basis van kalium bestaan dan ook al jaren. Maar wat nieuw is, is dat een organisatie zoals de WHO het gebruik in aanbevelingen formaliseert.
Let wel: deze aanbeveling is enkel van toepassing op tafelzout, en niet op smaakmakers (zoals sojasaus of vissaus), industriële producten en de gerechten in restaurants. De aanbeveling geldt evenmin voor kinderen, zwangere vrouwen en mensen met een nierinsufficiëntie.
Het is dan wel een unieke aanbeveling, maar de reële impact ervan op de gezondheid zal wellicht beperkt zijn. Enerzijds is er het kleine aandeel van tafelzout in de totale zoutinname en anderzijds is de smaak van kaliumzout een van de belangrijkste factoren voor het beperkte gebruik (en succes) ervan tot dusver …
À lire aussi : Welke invloed heeft ontbijten op het gewicht?