Willen we verzadigde vetzuren vervangen door onverzadigde (in het kader van een hypocalorisch dieet), dan geven meervoudig onverzadigde vetzuren betere resultaten dan enkelvoudig onverzadigde.
Verzadigde vetzuren vervangen door onverzadigde geeft goede resultaten, daar zijn wetenschappers het over eens. Minder duidelijkheid bestaat er over de respectievelijke effecten van enkelvoudig en meervoudig onverzadigde vetzuren.
Met andere woorden: welke onverzadigde vetzuren zijn het meest geschikt voor patiënten met het metabool syndroom? Hebben ze meer baat bij enkelvoudig onverzadigde vetzuren, bijvoorbeeld uit olijfolie (de grote troef van het mediterrane dieet) of bij meervoudig onverzadigde vetzuren, zoals uit zonnebloemolie?
Drie muffins per dag, met enkelvoudig of meervoudig onverzadigde vetzuren
Een studie gepubliceerd in het Journal of Clinical Lipidology biedt een aantal antwoorden. Aan de studie namen 39 personen deel met het metabool syndroom. De proefpersonen volgden eerst één à twee maanden lang het ‘Step I-dieet’ van de American Heart Association om hun gewicht te stabiliseren.
Daarna werden ze ingedeeld in twee groepen. Eén groep at dagelijks drie muffins rijk aan enkelvoudig onverzadigde vetzuren, de andere groep kreeg muffins met meervoudig onverzadigde vetzuren (saffloerolie, een olie die qua voedingseigenschappen nauw aansluit bij zonnebloemolie).
Minder triglyceriden en verbeterde endotheelfunctie
De interventiestudie duurde zes maanden. De resultaten tonen aan dat de proefpersonen in beide groepen gewicht verloren, maar bij de groep die muffins at met meervoudig onverzadigde vetzuren, werd ook een vermindering vastgesteld van het aantal triglyceriden (-30 mg /dl) en een lagere systolische (-7 mmHg) en diastolische bloeddruk (-4 mm Hg). Ook was er sprake van een betere endotheelafhankelijke vasodilatatie, zelfs na correctie voor de gewichtsveranderingen.
Binnen de onverzadigde vetzuren zijn meervoudig onverzadigde vetzuren waarschijnlijk de beste keuze om het cardiometabole risico bij risicopatiënten met het metabool syndroom te verminderen, besluiten de auteurs.
