Een meta-analyse die in JAMA gepubliceerd is, heeft het belang van probiotica bevestigd als aanvullende therapie bij antibiotica ter voorkoming van de daarmee gepaard gaande diarree.
De diarree die met antibiotica in verband wordt gebracht, is een van de belangrijkste redenen waarom er van dit soort behandeling wordt afgezien. Ze treft bijna 30% van de patiënten die een behandeling met antibiotica volgen. Het gunstige effect van yoghurt als aanvulling bij een behandeling behoort tot het volksgeloof. Vaak wordt het ook aanbevolen door artsen.
Het belangrijkste literatuuronderzoek dat tot vandaag werd uitgevoerd, heeft deze positieve wisselwerking tussen probiotica en antibiotica concreet geobjectiveerd. Dit onderzoek steunde op 63 gerandomiseerde klinische proeven met bijna 12.000 patiënten.
De lijst met bacteriestammen was vrij uitgebreid (Saccharomyces, Lactobacillus, Bifidobacterium, Streptococcus, Enterococcus, Bacillus), en hoewel de auteurs het gebrek aan karakterisering ervan betreuren, zijn de vastgestelde resultaten erg veelbetekenend. Bij de personen die een antibioticakuur met ten minste één probioticum combineerden, verminderde de kans op de daarmee gepaard gaande diarree namelijk met 42% in vergelijking met de personen die er geen gebruik van maakten.
Hoewel deze resultaten vrij spectaculair zijn, blijven de onderzoekers enigszins terughoudend. Er zijn nu nog onvoldoende gegevens om te bepalen welke probioticumstam (of combinatie van stammen) de beste resultaten geeft. Ook moet nog het profiel worden bepaald van de patiënten die het meest gebaat zijn bij deze aanpak, en welke specifieke categorieën antibiotica hiervoor het meest geschikt zijn.