In een nieuw collectief deskundigenrapport evalueert ANSES de risico’s en voordelen van intensieve zoetstoffen. Hoewel de veiligheid niet in twijfel wordt getrokken, meent het agentschap dat het nutritioneel belang voor de consumptie niet is aangetoond.
Het Franse agentschap voor voedselveiligheid, leefmilieu en arbeid heeft de resultaten gepubliceerd van zijn evaluatie van de nutritionele voordelen en risico’s van intensieve zoetstoffen. Dit 125 pagina’s tellende rapport maakt de balans op van een aantal thema’s. Het panel is bijvoorbeeld van mening dat men niet kan besluiten dat een regelmatig gebruik van intensieve zoetstoffen leidt tot een gewenning aan de zoete smaak of tot meer zin in zoet. Bovendien kan geen enkele studie een uitspraak doen over het bestaan van een specifiek effect van de consumptie van intensieve zoetstoffen tijdens de kindertijd op de ontwikkeling van smaak en voedselvoorkeuren. Er kan geen enkel verband worden gelegd met het risico op diabetes (in positieve of negatieve zin) en het geheel van de epidemiologische studies levert geen bewijs van een effect van de consumptie van intensieve zoetstoffen op het risico op kanker. Deze bevindingen zijn eerder geruststellend, in vergelijking met wat soms wordt beweerd. De nutritionele voordelen zijn echter niet aangetoond. Terwijl het agentschap erkent dat het gebruik van intensieve zoetstoffen ter vervanging van suiker zorgt voor een lagere energie-inname op korte termijn, worden de gegevens ontoereikend geacht om het behoud van dit effect op middellange of lange termijn te garanderen. Het besluit: “We kunnen geen conclusies trekken over de langetermijngevolgen van de vervanging van suiker door intensieve zoetstoffen op het gewicht van volwassenen die regelmatig zoete producten consumeren.” Hoewel de veiligheid niet in vraag wordt getrokken, is er dus geen overtuigend bewijs voor het bestaan van voedingsvoordelen (wat niet betekent dat die niet bestaan!).
Bron : ANSES 2014.