Zijn biologische producten echt voedzamer en gezonder dan gewone? Het is lastig om dat objectief vast te stellen, maar een nieuwe studie toont aan dat vlees uit de biologische veehouderij wel degelijk een aantal voedingsvoordelen biedt.
De biologische landbouw en veeteelt bieden garanties over de manier waarop een product tot stand is gekomen. De benaming ‘bio’ zegt echter niets over wat er in het product zit. In de ogen van veel consumenten staat ‘bio’ gelijk aan voedzamer en gezonder, maar ondanks talloze analyses is tot op heden nog steeds niet onomstotelijk vastgesteld dat biologische producten beter zijn.
Toch wordt er vooruitgang geboekt, zoals blijkt uit een nieuwe meta-analyse uitsluitend gewijd aan vlees en vleesproducten.
Betere vetten
De meta-analyse in kwestie is uitgevoerd door Britse onderzoekers en gebaseerd op gegevens van 67 publicaties. Daarbij werd de samenstelling van een aantal al dan niet biologische vleesproducten vergeleken.
Als we de nutritionele verbindingen (zoals mineralen, antioxidanten en de meeste vetzuren) apart beschouwen, dan zijn de verschillen tussen het biologische en het niet-biologische vlees te klein om statistisch significant te zijn. Maar bij de beschouwing van verschillende soorten gegevens samen komen er wel verschillen naar voren – met name in de kwaliteit van de vetten.
Gras maakt het verschil
Uit de resultaten blijkt vooral dat biologisch vlees een hogere concentratie heeft aan meervoudig onverzadigde vetzuren (+ 23%), en dan vooral omega 3 (+ 47%). Dieren in de biologische veeteelt eten meer gras en voedergewassen, dus mogelijk ligt daar de grootste reden voor dit verschil.
We weten dat de samenstelling van dierlijke producten vooral wordt beïnvloed door wat het dier eet, en minder door de levensomstandigheden. Dat geldt voor vlees, maar ook voor melk of eieren.
Srednicka-Tober D. et al., British Journal of Nutrition, 16 February 2016.
