Of kinderen groenten willen eten, hangt af van heel wat factoren. Zo blijkt uit deze studie dat kinderen die ‘mogen kiezen’ hun groentjes vaker opeten, zelfs als ze die eigenlijk niet kennen.
Kinderen zijn fysiologisch niet erg aangetrokken tot groenten, want deze hebben een lage energiedichtheid. Een hoofdbreker dus voor veel ouders. Want we weten allemaal: voldoende groenten op ons bord is belangrijk voor onze gezondheid. Gezonde eetgewoontes tijdens de kindertijd zijn een gunstige bepalende factor voor een gezonde voeding later (met o.a. veel groenten). Preventie staat en valt hier dan ook mee.
Rond de leeftijd van 2 tot 4 jaar gaan kinderen door een periode van neofobie. Ze vermijden dan ook het liefste alle voedingsmiddelen die ze niet kennen, en weigeren zelfs dingen die ze voordien wel aten. De zoete smaak van bijvoorbeeld wortelen kan hen makkelijker overtuigen dan meer bittere groenten. Kinderen verplichten om hun portie groenten op te eten of hen belonen met een dessertje achteraf, dat blijkt niet de beste aanpak te zijn …
Lees ook: Meer voedselallergieën bij kinderen geboren via keizersnede
Groenten kiezen zonder kijken
Diverse studies kwamen al tot het besluit dat kinderen zelf hun groenten laten kiezen een positieve invloed heeft op hun eetgedrag. Maar deze studies zijn er niet in geslaagd om af te stappen van de hypothese dat kinderen groenten kozen die ze ook voordien al het liefste aten. In dat geval is het dus niet de keuze op zich, maar de beschikbaarheid van hun favoriete groenten die een rol speelt.
In deze studie werden 161 kinderen in twee groepen verdeeld:
- Een groep die keuze had: de kinderen mochten uit 3 afgedekte kopjes kiezen (waarvan ze dus de inhoud niet kenden). In alle kopjes zat dezelfde groente die ze niet kenden: een stukje rauwe selderij.
- Een groep die geen keuze had: de kinderen kregen de 3 zelfde kopjes voorgeschoteld, maar de onderzoeker (dus niet het kind) koos er eentje uit.
De hypothese van de onderzoekers was dat de kinderen die een keuze mochten maken de groenten makkelijker zouden willen eten dan de kinderen die niet mochten kiezen.
Lees ook: De beste intuïtieve eter, de baby en het kind
Wie keuze heeft, eet beter
De resultaten van dit experiment bevestigen de hypothese van de onderzoekers: op een schaal van 6 punten (waarbij 6 maximale aanvaarding van nieuwe voedingsmiddelen is) was de score significant hoger bij de kinderen die een keuze mochten maken (4,7 punten) dan bij de kinderen die niet mochten kiezen (4 punten). En dit onafhankelijk van of het kind voordien al dan niet moeilijk groenten at.
Uit de studie blijkt ook, niet verrassend, dat de ‘moeilijke eters’ een grotere afkeer hadden van de groenten dan de anderen.
Wat leert dit onderzoek ons vooral? Kunnen kiezen is voor een kind een niet-onbelangrijke factor in de aanvaarding van groenten. Dit kan helpen om nieuwe groenten gemakkelijker te introduceren. Of anders gezegd: kinderen betrekken in het beslissingsproces kan een handige strategie zijn om ze meer groenten te laten eten.
Lees ook: Babyvoeding: smaak van groenten gecamoufleerd door fruit