Eén uur per dag, vijfmaal per week: dat is niet de tijd die kinderen voor een tv- of computerscherm doorbrengen, maar wel de hoeveelheid lichaamsbeweging die ze elke week nodig hebben. Een analyse van de sedentaire levensstijl van onze kinderen.
Ruim de helft van de Belgische bevolking leeft te sedentair1. Televisie, computer, videospelletjes,… Mensen bewegen alsmaar minder en die levensstijl gaat ook over op de kinderen, terwijl die juist dubbel zoveel zouden moeten bewegen als volwassenen. Meer dan één op de twee Belgische kinderen lijkt onvoldoende actief1. Een regelmatige vorm van lichaamsbeweging is echter van fundamenteel belang, zeker vóór de scharnierperiode van de puberteit. Het moet voor kinderen een gewoonte worden om een of andere sportactiviteit te beoefenen, want dat heeft een positieve invloed op hun groei, vooral op de ontwikkeling van hun beenderstelsel, maar ook op hun uithoudingsvermogen en cardiovasculaire ontwikkeling. Hoe vroeger kinderen beginnen met sporten, hoe meer ze dat als een gewoonte zullen ervaren. Ze zullen bijgevolg meer geneigd zijn om ook op volwassen leeftijd te blijven bewegen en zo insulineresistentie, maar ook overgewicht, beter kunnen voorkomen.
Sedentariteit bij de Belgische volwassenen: de cijfers1
- 41% beweegt helemaal niet
- 73% beweegt onvoldoende om gewichtstoename te vermijden
- 62% beweegt onvoldoende om het risico op hart- en vaatziekten te voorkomen
Door diverse sportactiviteiten te beoefenen bouw je niet alleen functionele capaciteiten op, maar werk je ook aan de mentale en psychologische ontwikkeling van kinderen. Meer zelfvertrouwen, een beter zelfbeeld, naleving van regels, de wil om jezelf moe te maken en een groter incasseringsvermogen: allemaal capaciteiten die van invloed zijn op het sociale leven van een kind.
Een omgevingskwestie
De sedentaire levensstijl van kinderen is een probleem dat wordt versterkt door hun omgeving. Volwassenen geven niet altijd het goede voorbeeld aan kinderen, vooral binnen het kader van het gezin. Veel ouders nemen bijvoorbeeld systematisch de auto voor trajecten van deur tot deur. Als je voor diezelfde trajecten te voet gaat of de fiets neemt waar mogelijk, zet je al een eerste stap richting lichaamsbeweging.
De omgeving moet het goede voorbeeld geven: het gezin, de sociale entourage en de scholen.
Schermen zijn gemakkelijk toegankelijk voor kinderen, maar ook die spelen een rol in de inactiviteit. Op televisie worden steeds meer kinderprogramma’s uitgezonden, en dat al vanaf 6 uur ’s ochtends. Het is daarom absoluut noodzakelijk dat de ouders zelf deelnemen aan het bewegingsproces en dat de hele sociale omgeving zich inzet, ook de scholen. Met amper twee uurtjes sporten per week wordt op school te weinig gedaan om regelmatige lichaamsbeweging te promoten. En als de omgeving van de kinderen niet meewerkt, is het extra moeilijk om boodschappen rond conditie en gezondheid over te brengen.
Meedoen is wat telt
Ouders of dokters die een kind lichaamsbeweging opleggen ‘omdat dat gezond is’, in het bijzonder bij kinderen met overgewicht, oogsten daar zelden resultaat mee2. Je kunt niet aan een kind vragen om aan sport te doen om te vermageren. Het is van groot belang, zeker bij jongere kinderen, dat sporten gewoonweg plezant is: kinderen moeten zin krijgen om een bepaalde activiteit te beoefenen. Toon kinderen hoe leuk sporten kan zijn en hoe goed je je erdoor gaat voelen, en vertrek daarbij vanuit het principe dat spelen tot niets verplicht. Het is gewoon een kwestie van de juiste sport te vinden waarbij kinderen op een speelse manier sportieve kwaliteiten ontwikkelen, zoals kracht, uithouding, lenigheid, reactievermogen en snelheid.
Bewegen, daar draait het om!
Heel concreet dan: hoe kun je kinderen actiever maken? Jean Sadouni, mastertrainer en voormalig judokampioen, heeft een heel eenvoudige strategie uitgewerkt om kinderen (en in het bijzonder die met overgewicht) 1 uur per dag en 5 maal per week in beweging te krijgen.
Eerst en vooral is het interessant om de lichaamsbeweging in het dagelijkse leven op te schroeven. Ga bijvoorbeeld te voet of met de fiets naar school. Vervolgens zoek je een activiteit uit die het kind leuk vindt, zonder hem of haar te dwingen voor een welbepaalde sport te kiezen. Loopt je kind graag of is het liever met een bal in de weer? Is het competitief ingesteld? “Multisporten” kan een prima compromis vormen voor kinderen die nog niet precies hebben ontdekt wat hun favoriete activiteit is of die liever wat afwisselen… Nog een belangrijk punt is dat het om een speelse activiteit gaat, want zo levert het kind een fysieke inspanning zonder dat het zich daar eigenlijk van bewust is. Het kind moet zich in de activiteit kunnen ontplooien, en daarom moet het zich van bij het begin gesteund voelen. Begeleiding door gekwalificeerde monitoren, liefst gespecialiseerd in een psychologische aanpak voor kinderen met overgewicht, is dan ook altijd een pluspunt.
Kinderen voor het scherm weghalen maakt ook deel uit van de strategie om hun sedentaire gedrag opnieuw in balans te brengen. Je kunt bijvoorbeeld een contract opstellen om de passieve tijd te beperken tot maximaal één uur per dag, zonder daarom televisie en computer volledig te verbieden. Zorg er gewoon voor dat je kind minstens 30 minuten per dag buiten speelt. Op vakantiedagen kun je zelfs 1 à 2 uur multisportactiviteiten per dag voorzien.
Vooral bij kinderen is het van essentieel belang dat ze zich amuseren tijdens het sporten.
De strategie om zwaarlijvige kinderen in beweging te brengen ziet er hetzelfde uit, alleen is in dat geval een medisch advies bij de start noodzakelijk. Houd er ook rekening mee dat die kinderen het niet meer gewend zijn om veel inspanningen te leveren, zowel fysiek als mentaal.
Op wereldniveau is sedentariteit de vierde risicofactor voor sterfte volgens de WGO, waarbij 31% van de wereldbevolking niet het gewenste fysieke bewegingsniveau haalt3. Toch kunnen kinderen op elk moment (weer) lichamelijk actief worden. Het lijkt echter wel fundamenteel dat volwassenen elke dag opnieuw het goede voorbeeld geven. Kinderen gaan immers maar pas bewegen als ze hun ouders dat ook zien doen.