Je hebt deze vraag ongetwijfeld al gekregen in je praktijk, en wellicht van vrouwen van 45 jaar of ouder. Bij aanvang van de pre- of perimenopauze, maar ook in volle menopauze begrijpen heel wat vrouwen niet wat er met hun lichaam gaande is.
Ze stellen zich elke dag duizenden vragen: over hun gewicht, hun nachtrust, hun mentale toestand, hun geheugenverlies, hun seksualiteit, hun libido enz.
Als gezondheidsprofessional kan jij hen hierbij helpen. Door hen te informeren en hun voedingsgewoontes en levensstijl aan te passen, kunnen ze de weg vinden naar een betere levenskwaliteit, zowel tijdens de perimenopauze, de menopauze als de postmenopauze.
Lees ook: Is voeding van invloed op de leeftijd van de menopauze?
De perimenopauze onder de loep
Dit is de periode van de hormonale schommelingen die leiden tot de menopauze, i.e. het definitief stoppen van de maandstonden. De (peri)menopauze is een kantelperiode (van gemiddeld 2 à 4 jaar) waarin de hormoonspiegels (oestrogeen, progesteron, testosteron) sterk veranderen en het hele lichaam van de vrouw beïnvloeden. Bij sommige vrouwen verloopt dit zonder slag of stoot, maar anderen krijgen te maken met een hele waaier aan fysieke symptomen (gewrichten, ontstekingen, bloedvaten enz.), mentale symptomen (hersenmist, geheugenverlies, concentratieproblemen, intellectuele vermoeidheid …) en gevoel van intens ongemak (gewichtstoename, vermoeidheid, neerslachtigheid, verstoorde nachtrust, angst enz.).
Veel te weinig vrouwen leggen duidelijk niet de link tussen hun (peri)menopauze en hun symptomen, vooral uit onwetendheid.
Tijden veranderen
Vrouwen vanaf 45 jaar betalen dus een zware prijs voor het gebrek aan informatie, wetenschappelijk onderzoek en belangstelling voor vrouwengezondheid na de vruchtbare leeftijd. Gelukkig veranderen de tijden. Dankzij de aanwezigheid van vrouwen in de topwetenschappelijke vakgebieden, zoals neurowetenschappen, verschijnen er nieuwe gegevens die verduidelijken wat vrouwen tijdens de (peri)menopauze ondergaan. Uit recent onderzoek blijkt duidelijk dat niet enkel de eierstokken een rol spelen in deze belangrijke periodes. De hersenen, bijvoorbeeld, zijn een orgaan dat sterk beïnvloed wordt door de dalende oestrogeenspiegel, en dit vanaf de perimenopauze.
Dit verklaart onder meer waarom zo veel vrouwen last hebben van:
- opvliegers (negatieve impact van het gebrek aan oestrogeen op de werking van de hypothalamus, die de lichaamstemperatuur regelt),
- extreme intellectuele vermoeidheid of hersenmist (minder oestrogeen = 25% minder energie in de hersenen),
- slaapstoornissen (negatieve impact van het gebrek aan oestrogeen op de werking van de hersenstam, die de slaap regelt),
De (peri)menopauze zorgt immers voor een ingrijpende hermodellering van de hersenen.
7 op de 10 vrouwen heeft last van hersenmist.
(Peri)menopauze en gewichtstoename
De gewichtstoename stijgt met de leeftijd. Dit gebeurt blijkbaar niet tijdens de menopauze, maar een hele poos daarvoor (rond de leeftijd van 20 jaar) en gaat ook na de menopauze verder (na de leeftijd van 50 jaar). Een cohortstudie1 uitgevoerd bij 543 vrouwen van 42 tot 52 jaar, die gedurende 6 jaar werden opgevolgd, heeft het volgende aangetoond:
- een gewichtstoename van 0,6% per jaar
- een stijging van de BMI met 0,7% per jaar
- een toename van de tailleomtrek met 1% per jaar
- een toename van de vetmassa met 1,6% per jaar
- een daling van de vetvrije massa met 0,18% per jaar
De lichaamssamenstelling wijzigt dus zeker, maar dit gebeurt progressief. En zoals een andere studie2 aantoont, begint dit al op de leeftijd van 20 jaar en versnelt dit na de leeftijd van 50 jaar.
Tijdens de (peri)menopauze wordt een grote toename van het onderhuidse en periviscerale buikvet waargenomen, maar dat stabiliseert zich daarna3.
Lees ook: Eetstoornissen en menopauze: welke symptomen?
Welke tips?
Tijdens de (peri)menopauze hebben veel vrouwen last van de duidelijke veranderingen van hun lichaam. En dat is uiteraard voor iedereen anders! Vrouwen die op gewicht blijven, klagen dat hun lichaam toch verandert en de vrouwen met een toenemend gewicht weten niet hoe ze met die veranderingen moeten omgaan en vragen zich vooral af hoe ze dat onder controle kunnen krijgen.
Alles wat de energiebalans kan beïnvloeden, kan de weegschaal naar de ene of de andere kant doen overhellen. In deze moeilijke periode kunnen ook heel wat factoren meespelen, waaronder genetische aanleg, vermoeidheid, neerslachtigheid, stress, slaapstoornissen … Allemaal factoren die mogelijk een impact hebben op het eetpatroon en de lichamelijke activiteit!
Daarom moeten we deze vrouwen dus stimuleren om op lange termijn te blijven bewegen en zelfs iets meer te bewegen, en hun voeding aan te passen.
Meer beweging als dat kan
Een studie die meer dan 4.500 premenopauzale vrouwen gedurende 8 jaar volgde, toonde aan dat lichaamsbeweging een positief effect heeft op gewichtsverlies, ongeacht de initiële BMI. Over een termijn van 8 jaar werd een gewichtsverlies van gemiddeld 8 kg vastgesteld bij meer dan 30 minuten lichaamsbeweging per dag. Anderzijds steeg het gewicht met 2 à 8 kg, afhankelijk van de initiële BMI, wanneer de lichaamsbeweging in de loop van die 8 jaar afnam4.
Een betere voeding is cruciaal!
De belangrijkste aanbevelingen zijn:
- de consumptie van koolhydraten en vetten matig beperken en evenwichtig blijven eten
- meer fruit, groenten en gefermenteerde zuivelproducten (yoghurt) eten
- regelmatig volkoren granen en peulvruchten eten
- letten op de consumptie van dierlijke eiwitten: vlees, vis (mager en vet)
Brons
1. Sowers M, el al. J Clin Endocrinol Metab 2007 ; 92:895–901.
2. Janssen I et al. J Appl Physiol 2000 ; 89:81–8
3. Gambacciani M et al. Climacteric 1999 ; 2(1):37–44.
4. Mekary RA yet al. Int J Obes (Lond) 2009 ; 33(9):1039–47.