De consumptie van alcohol op jonge leeftijd hangt sterk samen met alcoholverslaving op volwassen leeftijd. Voor elk jaar dat de alcoholconsumptie wordt uitgesteld, daalt het risico op alcoholisme later met 10%. Er moet echter ook rekening worden gehouden met andere factoren die verband houden met het gedrag van de jongere.
Canadese wetenschappers onderzochten bij 2.400 Europese veertienjarigen 40 verschillende factoren, onder andere de structuur van de hersenen en de hersenfuncties (met MRI), de persoonlijkheid, de levenservaringen en genetische factoren. Op basis daarvan kunnen ze met 70% zekerheid voorspellen of iemand in de twee volgende jaren een buitensporige drinker zal worden.
Impulsiviteit, wanhoop, een voorliefde voor opwindende ervaringen, een tekort aan bewustmaking en andere variabelen, zoals wat de jongere heeft meegemaakt en familiale antecedenten van druggebruik, verhogen de kans op buitensporig alcoholgebruik.
De wetenschappers hebben ook ontdekt dat het al dan niet genuttigd hebben van één enkele alcoholische drank op veertienjarige leeftijd een bijzonder sterke indicator is. In Noord-Amerika heeft iets meer dan 40% van de jongeren van dertien en veertien jaar al alcohol gedronken en in Québec worstelt 10% van de jongeren op het einde van het middelbaar onderwijs met verslavingsproblemen.
Op de MRI kon het team vaststellen dat de rechter winding, de precentrale winding en de bovenste frontale winding de hersenzones zijn die het meeste informatie geven over een eventuele toekomstige buitensporige alcoholconsumptie. Risicojongeren hebben meer bepaald een gering volume aan grijze massa, maar de activiteit in hun bovenste frontale windingen neemt toe bij een aangename ervaring.
Whelan R. et al., Nature, published online 2/07/2014.