Uit een nieuwe prospectieve studie blijkt dat een toename van het sterfterisico geassocieerd wordt met het eten van aardappelen, maar enkel als ze gefrituurd zijn.
Slecht nieuws voor frietjes! We weten al dat frituren geen ideale bereidingswijze is voor het voedingsprofiel van de aardappel. Niet alleen maakt het een in wezen vetarme knol vetrijk, maar het genereert ook acrylamide, een stof waarvoor een sterk vermoeden bestaat dat ze kankerverwekkend is.
Deze keer toont een prospectieve studie echter aan dat twee of meer keer per week frietjes eten geassocieerd is met een significante toename van de sterfte.
Aardappel, twistappel
Deze studie, gepubliceerd in het American Journal of Clinical Nutrition, onderzoekt specifiek de invloed van het eten van aardappelen op de sterfte. Zelfs als we het niet over frituren hebben, zijn er immers nogal wat tegenstrijdige beweringen over de aardappel en zijn effecten op de gezondheid. Volgens sommigen zouden aardappels een kostbare bron van complexe koolhydraten zijn, terwijl anderen beweren dat ze vanwege hun vrij hoge glycemische index niet echt aan te bevelen zijn. Daarom volgden de onderzoekers acht jaar lang 4440 deelnemers van de Osteoarthritis Initiative cohort study in de leeftijdscategorie 45 tot 79 jaar.
Enkel verschil voor frituren
Na correctie voor veertien potentieel verstorende factoren wijzen de resultaten uit dat er geen verschil is in de sterfte tussen wie het meeste en het minste aardappelen eet. Uit de analyse van de subgroepen blijkt echter wel een toename van de sterfte bij wie twee à drie keer per week gefrituurde aardappelen eet (met een Hazard Ratio of HR van 1,95). De HR bedraagt 2,26 vanaf een verbruik van drie keer per week.
Deze resultaten bevestigen die van een literatuurstudie uit 2016, die een gebrek aan overtuigend bewijs aantoonde voor een verband tussen aardappelen en het risico op obesitas, diabetes of hart- en vaatziekten, frietjes uitgezonderd.