Japanse onderzoekers hebben twee nieuwe vezels ontwikkeld uit bètaglucanen. Deze vezels kunnen de calorie-inname uit de voeding helpen verminderen.
Het gebruik van niet-verteerbare koolhydraten (een soort voedingsvezels) in levensmiddelen is een van de manieren om de calorie-inname uit voedsel te verminderen of de postprandiale glycemische respons te verbeteren.
Op dit moment wordt al gebruikgemaakt van verbindingen als polydextrose en resistente maltodextrine. De Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid erkent dat deze verbindingen een gunstig effect hebben op de glycemische respons als ze worden gebruikt ter vervanging van suikers. Nu komen daar dus nieuwe vezels bij op basis van bètaglucanen.
Bètaglucanen zijn een groep van uiterst fermenteerbare, oplosbare vezels. Ze komen van nature voor in haver en gerst. Bètaglucanen mogen in Europa al twee gezondheidsclaims voeren: een claim met betrekking tot cholesterol, en een andere met betrekking tot de postprandiale glycemische respons.
Japanse wetenschappers hebben op basis van bètaglucanen twee nieuwe vezels ontwikkeld: resistente bètaglucanen en resistente gehydrogeneerde bètaglucanen. De metabole routes van deze nieuwe verbindingen zijn tot op heden nog niet bestudeerd.
Meer voordelen dan risico’s
De onderzoekers bestudeerden de vezels in ratten en in een model van de menselijke spijsvertering. Uit de proeven blijkt dat de twee nieuwe vezels de normale groei van ratten niet belemmeren, en dat ze de ontlasting zachter maken. De vezels zijn bestand tegen fermentatie en veroorzaken dus geen flatulentie.
In een volgende fase zullen deze vezels worden getest bij de mens. Zo moet duidelijk worden welke rol ze precies kunnen spelen in de preventie van verschillende ‘welvaartsziekten’ gerelateerd aan overvoeding.