Een nieuw onderzoek legt een verband tussen een gediversifieerd drinkpatroon en ’s avonds drinken enerzijds en een grotere waterinname anderzijds.
Verschillende instanties, zoals de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) en de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO), geven richtlijnen over de totale dagelijkse waterinname. De EFSA adviseert voor vrouwen 2 liter en voor mannen 2,5 liter per dag, zowel uit voedingsmiddelen als drank. Een nieuw onderzoek in het Verenigd Koninkrijk ging na in welke mate volwassenen hun behoefte aan vloeistoffen halen en analyseerde hun consumptiegewoonten.
De eerste vaststelling: Britten lijken de aanbevelingen van de EFSA te halen en 75 % van de totale waterinname komt uit drank. De verscheidenheid van de drank en ’s avonds drinken lijken twee factoren die geassocieerd worden met een grotere vloeistofinname. De auteurs wijzen er ook op dat de totale waterinname, met inbegrip van gesuikerde frisdrank, aanzienlijk hoger ligt in de Verenigde Staten dan in Europa.
De tweede vaststelling heeft betrekking op de gewoonten: op tien jaar tijd is drinkwater populairder geworden en is de bijdrage van drank aan de totale energie-inname lichtjes gedaald. Water wordt doorgaans beschouwd als de enige onmisbare drank, maar volgens de auteurs van het onderzoek zou het nuttig zijn om de meeste mensen een gevarieerd drinkpatroon aan te raden, om een goede hydratatie te bevorderen. Bovendien stellen ze dat er behoefte is aan verder onderzoek om de aanbevelingen met betrekking tot de vloeistofinname in de vorm van water aan te scherpen.