Obesitas en magerte komen vaak voor bij senioren die thuis wonen. Dit risico, dat gepaard gaat met een verlies aan autonomie, vraagt om grotere aandacht voor het eetpatroon van senioren. Dat blijkt uit een studie van het Franse instituut voor voedselveiligheid.
De onderzoekers hebben de gegevens geanalyseerd van 4296 personen van 75 jaar en ouder die in 2008 deelnamen aan de nationale enquête ‘Handicap-Santé’ (Handicap-Gezondheid), rubriek ‘huishoudens’. De wetenschappers vergeleken de gegevens rond beperkte dagelijkse activiteiten met de Body Mass Index (BMI). Een verlies aan autonomie omvatte op zijn minst een beperking van de lichaamsbeweging.
De wetenschappers constateerden het volgende bij de deelnemers:
- De prevalentie van magerte (IMC<21) bedroeg 14,9% en steeg met de leeftijd;
- De prevalentie van obesitas (IMC≥30) bedroeg 14,6% en daalde met de leeftijd.
Bij mannen is het risico op een verlies aan autonomie bij magerte meer dan dubbel zo groot (OR: 2,7) dan bij mannen met een normaal gewicht. Bij obesitas is het risico bijna dubbel zo groot (OR: 1,9).
Bij vrouwen is het risico op een verlies aan autonomie bij overgewicht 70% groter (OR: 1,7). Bij obesitas is het bijna drie keer zo groot (0R: 2,9).
Na correctie voor mogelijke verstorende variabelen (leeftijd, burgerlijke stand, opleidingsniveau en inkomen) bleek het risico op een verlies aan mobiliteit aanzienlijk groter bij zwaarlijvige vrouwen dan bij vrouwen met een normaal lichaamsgewicht.
Na de leeftijd van 75 jaar lijdt één thuiswonende senior op twee aan overgewicht of obesitas en 14,9% aan magerte. Deze situaties verdubbelen in het algemeen het risico op een verlies aan autonomie.
Een gezonde voeding en een aangepaste vorm van lichaamsbeweging moet dan ook gepromoot worden bij senioren. De auteurs pleiten voor de introductie van een controle van het eetpatroon bij senioren die thuis of in een zorginstelling wonen. Nadien moeten specifieke volksgezondheidsacties opgezet worden die zowel ondervoeding als obesitas tegengaan.