Palmolie komt steeds meer in een negatief daglicht te staan, voornamelijk door het hoge percentage verzadigde vetzuren. Er gaan echter stemmen op die vraagtekens plaatsen bij deze stigmatisatie van wat nog steeds de meest geproduceerde olie ter wereld is.
Ooit werd voedingscholesterol beschouwd als volksvijand nummer 1. Vijfentwintig jaar later horen we er bijna niets meer over. Ondergaat palmolie nu hetzelfde lot?
Palmolie is lang op de achtergrond gebleven, maar komt nu steeds vaker in een negatief daglicht te staan, voornamelijk door het hoge percentage verzadigde vetzuren. En de komende Europese regelgeving, die de vermelding verplicht van het type gebruikte olie op het etiket, werkt stigmatisatie in de hand. Het is immers eenvoudiger om de vermelding ‘palmolie’ terug te vinden dan een weloverwogen mening te geven over de voedingseigenschappen van een product dat mogelijk met palmolie is samengesteld.
Het symposium Palm oil and Health was de gelegenheid om enkele verankerde waarheden ter discussie te stellen, zoals de schadelijke gevolgen van vetten en zelfs van verzadigde vetzuren voor de gezondheid. Volgens dr. Pelouze (Institut de Recherche Clinique) werden de schadelijke gevolgen van verzadigde vetten in voedselconsumptiepeilingen waarschijnlijk overschat door de transvetzuren, die duidelijk atherogeen zijn.
Volgens hem zijn niet alle verzadigde vetzuren atherogeen. De positie van de verzadigde zuren van palmolie ten opzichte van glycerol zorgt ervoor dat ze minder goed opgenomen worden, wat deze olie minder atherogeen maakt. Dr. Malhotra (Croydon University Hospital) vindt dan weer dat we de strijd moeten aanbinden met suiker en niet met palmolie.
Maar zullen de vele tijdens dit symposium aangevoerde argumenten ook leiden tot een aanpassing van de officiële voedingsadviezen?
European Symposium Palm oil and Health, Organisé par l’Institut de Recherche Clinique, Bruxelles, 25 juin 2014.