De rol van omega 3 bij angst en hyperactiviteit is in het verleden al aangehaald. Nu blijken uit een onderzoek bij knaagdieren nieuwe argumenten die aantonen dat een tekort aan omega 3 het gedrag en het leervermogen van de tweede generatie knaagdieren aantast.
Stress wordt vaak beschouwd als een factor die angstgevoelens en zelfs hyperactiviteit kan bevorderen. Uit een nieuwe studie gevoerd door onderzoekers aan de universiteit van Pittsburgh blijkt nu ook voeding, en dan vooral het gehalte omega 3-vetzuren een rol te spelen.
De onderzoekers hebben twee generaties ratten met een tekort aan omega 3 aan een reeks tests onderworpen. Volgens de auteurs is de tweede generatie ratten een model dat overeenkomt met de jongeren van vandaag, aangezien veel ouders van die jongeren in de jaren 60 en 70 geboren werden. Maïs- en sojaolie werden toen alomtegenwoordig en dieren kregen vanaf dan niet langer plantaardige voeding (een bron van omega 3), maar graanvoeding (die vooral omega 6 bevat).
Hoewel ze een normale fysieke vorm hadden, vertoonden de omega 3-deficiënte ratten van de tweede generatie duidelijk meer gedragsstoornissen dan die van de eerste generatie: ze waren angstiger en hyperactiever, ze hadden een vertraagd leerritme en hun probleemoplossend vermogen was aangetast.
De auteurs leggen uit dat deze wijzigingen kunnen worden veroorzaakt door toegenomen ontstekingsverschijnselen in de hersenen ten gevolge van het verstoorde evenwicht tussen omega 3- en omega 6-vetzuren.
Corina O et al., Biological Psychiatry 2013; published online 29 July 2013.