Een grootschalige internationale studie legt een link tussen de serumgehalten van vitamine D en het risico op dikkedarmkanker. Volgens de auteurs zouden de huidige richtlijnen moeten worden aangepast om rekening te houden met dat beschermende verband.
Deze nieuwe studie is het resultaat van een samenwerking tussen wetenschappers van de American Cancer Society, de faculteit voor volksgezondheid Harvard T.H. Chan, het National Cancer Institute en meer dan twintig andere medische centra en organisaties over de hele wereld. Eerdere prospectieve studies gaven inconsistente resultaten over de vraag of hogere serumconcentraties van vitamine D verband houden met een verlaagd risico op dikkedarmkanker. Klinische gerandomiseerde tests met suppletie toonden dan weer geen effect. Deze studie moest dus meer duidelijkheid scheppen en mogelijke associaties bestuderen in subgroepen van de bevolking.
Grootste studie naar vitamine D ooit
De onderzoekers analyseerden gegevens uit 17 prospectieve cohorten vóór de diagnose van dikkedarmkanker aan de hand van gestandaardiseerde criteria, vooral via kalibratie van de vitamine D-metingen (om fouten te beperken). Hun analyse had betrekking op ruim 5.700 gevallen van dikkedarmkanker en 7.100 controlepersonen uit de Verenigde Staten, Europa en Azië. In vergelijking met deelnemers die circulerende concentraties van vitamine D vertoonden die als voldoende worden beschouwd voor de botgezondheid, bleken de personen met onvoldoende vitamine D-concentraties 31% meer risico te lopen op dikkedarmkanker in de follow-upperiode van gemiddeld 5,5 jaar. Ook werden concentraties hoger dan wat als voldoende wordt beschouwd voor de botgezondheid geassocieerd met een 22% lager risico op dikkedarmkanker. Dat risico bleef echter niet dalen bij de hoogste concentraties. Ook na correctie voor de bekende risicofactoren van dikkedarmkanker bleven de associaties bestaan.
Significant effect bij vrouwen
In alle bestudeerde subgroepen werden beschermende associaties waargenomen. Die associatie was echter statistisch alleen bij vrouwen significant, en niet bij mannen, wat een grijze zone laat bestaan. Desondanks suggereert deze studie volgens de auteurs dat de momenteel aanbevolen serumconcentraties – die gebaseerd zijn op botgezondheid – mogelijk lager zijn dan wat optimaal zou zijn voor de preventie van dikkedarmkanker.