Hoewel optimisme vooral een karaktereigenschap blijft, kan het ons op weg helpen naar een langer leven. Het leven door een roze bril bekijken, loont dus de moeite. Tenminste, dat is wat de resultaten van onderzoek door Lewina Lee, prof. Psychologie aan de universiteit van Boston, doen vermoeden.
De link tussen een lang leven en optimisme lijkt los te staan van sociaaleconomische factoren of de (geestelijke en fysieke) gezondheidstoestand. Ook het niveau van sociale integratie en ‘gezondheidsgewoonten’ (roken, eetpatroon, alcoholconsumptie) lijken daarop geen invloed te hebben. De resultaten van het onderzoek opperen dat optimisme een belangrijke psychosociale factor kan zijn voor een hogere levensverwachting van senioren.
Meer leesvoer: Het geheim van een lang leven… in een notendop
Optimisme en een uitzonderlijk lang leven
Een uitzonderlijk lang leven werd voor dit onderzoek gedefinieerd als het bereiken van een leeftijd van 85 jaar of ouder. De resultaten zijn afkomstig uit twee cohorten. Enerzijds volgden onderzoekers de gezondheid van verpleegsters op tussen 2004 en 2014. Anderzijds onderzochten ze de normatieve veroudering van mannelijke oud-strijders tussen 1986 en 2016. Het optimisme van beide groepen werd geëvalueerd via een levensbeschouwingstest op punt gesteld door de National Health Service. Er werd eveneens gebruikgemaakt van een optimismeschaal. Die schaal werd al eerder goedgekeurd door de Minnesota Multiphasic Personality Inventory-2 in het kader van de Normative Aging Study.
De onderzoekers stelden zowel bij de mannen als vrouwen een recht evenredig verband vast tussen een hoog optimismeniveau en een hoge leeftijd (p-waarde < 0,01). Zie hielden bij hun onderzoek rekening met bepaalde demografische en gezondheidsparameters. Uit de resultaten bleek dat de meest optimistische vrouwen 14,9 % langer leefden dan de minst optimistische (betrouwbaarheidsinterval van 95 %, 11,9 tot 18,0).
De analyse van de gegevens over mannen leverde gelijkaardige resultaten op. De meest optimistische deelnemers hadden 1,5 (vrouwen) en 1,7 (mannen) keer zo veel kans om ouder te worden dan 85 jaar in vergelijking met de minst optimistische personen. Die vaststelling bleef ook overeind na bijstelling volgens de gezondheidsgewoonten van de deelnemers.
Die resultaten openen een interessante piste naar modellen voor een langer leven. We hebben onze optimistische ingesteldheid immers zelf in de hand.
Optimisme nastreven dus?
Dit onderzoek levert weliswaar geen sluitend bewijs voor het verband tussen optimisme en een uitzonderlijk lang leven. Wel wekt het de belangstelling voor onderzoeken die de kennis over dit onderwerp verder uitdiepen. Dankzij Laura Kubzansky weten we inmiddels dat de grootste optimisten hun emoties en gedrag beter onder controle hebben. Ze blijken ook beter gewapend tegen stress en moeilijkheden. De link tussen optimisme en gezondheid komt dus almaar scherper in beeld. Wordt vervolgd…
Meer leesvoer: Wortels eten maakt optimistisch