Nieuwe gegevens uit een groot cohort suggereren dat het vervangen van dierlijke door plantaardige eiwitten het sterftecijfer gunstig beïnvloedt.
Dierlijke eiwitten en sterfte door hart- en vaatziekten
De gegevens beslaan meer dan 130.000 deelnemers aan de Nurses’ Health Study en de Health Professionals Follow-up Study, met een follow-upperiode van 32 jaar. De gemiddelde consumptie van dierlijke eiwitten vertegenwoordigde 14% van de totale energie-inname (TEI). De inname van deze van plantaardige oorsprong lag op 4%.
Na correctie voor verschillende verstorende factoren bleek de consumptie van dierlijke eiwitten niet geassocieerd met de sterfte door alle oorzaken. Wel was het zo dat een stijging van 10% van de energie-inname in de vorm van dierlijke eiwitten de mortaliteit licht deed stijgen (+ 8%).
Verminderde sterfte
Deze van plantaardige oorsprong waren daarentegen geassocieerd met:
- een vermindering van de totale mortaliteit met 10%, als de energie-inname ervan met 3% toenam;
- een afname van de cardiovasculaire mortaliteit met 12%, voor dezelfde toename.
Deze associaties zijn enkel geldig voor personen met ten minste één risicovolle levensstijlfactor (roken, overmatig alcoholgebruik, overgewicht of obesitas, lichamelijke inactiviteit). Bij de personen die geen risicogedrag vertoonden, was er geen verband zichtbaar. Met andere woorden: wie al gezond leeft, heeft er niets meer bij te winnen…
Eiwitten uit rood en verwerkt vlees vervangen door deze van plantaardige oorsprong (3% van de TEI) was wel geassocieerd met een grotere daling van het risico van alle oorzaken van sterfte (34%). Als het nutriënt uit niet-verwerkt rood vlees werden vervangen, nam de mortaliteit met 12% af.