De voedselconsumptiepeiling geeft een nieuwe momentopname van de energie- en nutriënteninname van de Belgische bevolking. We eten nog steeds te veel vet, vooral verzadigde vetzuren, en te weinig koolhydraten, vezels en meerdere micronutriënten.
Volgens de voedselconsumptiepeiling 2022-2023 van Sciensano is de energie-inname licht gedaald, van 1.892 kcal/d naar 1.809 kcal/d sinds de vorige peiling (periode 2014-2015). We moeten dit cijfer echter voorzichtig interpreteren, aangezien de helft van de bevolking overgewicht heeft en de situatie niet is verbeterd…
De inname van koolhydraten is nog lager dan voorheen en daalde van 45% naar 43% van de energie (de Hoge Gezondheidsraad – HGR – beveelt 50% tot 55% van de energie aan). Totale suikers daalden van 20% naar 19% van de energie, wat niet erg nuttige informatie is omdat er in ons land geen aanbeveling is voor totale suikers. Helaas bevat het onderzoek geen informatie over toegevoegde suikers, maar als we de van nature aanwezige suikers aftrekken uit de (onvoldoende) consumptie van fruit, melk en zuivelproducten, wordt de door de HGR aanbevolen grens van 10% ruim overschreden…
Lees ook: Voedselconsumptie: België haalt de nieuwe voedingsaanbevelingen nog lang niet
Nog meer verzadigde vetzuren
De vetinname is licht gestegen, van 35% naar 37% van de energie, iets boven de maximale 35% die wordt aanbevolen door de HGR (maar nog steeds onder de limiet van 40% die onze Franse buren vooropstellen). Aan de andere kant is de kwaliteit van de vetinname verslechterd, met een nog hogere consumptie van verzadigde vetzuren dan voorheen, die is gestegen van 13% naar 14% van de energie (vergeleken met de maximale 10% die wordt aanbevolen door de HGR).
Wat eiwitten betreft, hebben we een status quo: het aandeel van de energie dat we daaruit putten, blijft 16%, wat geen reden tot bezorgdheid is (Sciensano gaat uit van een aanvaardbaar percentage van 10-20% van de energie, dat door 90% van de bevolking wordt bereikt). Veel zorgwekkender is de inname van voedingsvezels, die nog nooit zo laag is geweest, met een gemiddelde van 16 g/dag (17 g/dag voor mannen, 15 g/dag voor vrouwen), of net iets meer dan de helft van de hoeveelheid die nodig is (30 g/dag) in een evenwichtige voeding…
Lees ook: Eiwitrijke diëten gevaarlijk voor het hart
Micronutriënten: nog minder calcium!
Wat micronutriënten betreft, is de situatie licht verbeterd voor
- vitamine B1, met een gemiddelde inname die is gestegen van 0,13 mg naar 0,15 mg per dag;
- vitamine D, waarvan de inname is gestegen van 4 naar 5 µg/d zonder supplementen, en van 10 naar 14 µg/d met supplementen;
- natrium, waarvan de inname (exclusief zout toegevoegd tijdens het koken en aan tafel) is gedaald van 2.299 naar 2.079 mg.
De situatie is ongewijzigd gebleven voor ijzer (waarvan de aanbeveling nog steeds slechts door 20% van de bevolking wordt nageleefd), foliumzuur/folaat en vitamine B6.
De situatie is echter verslechterd voor:
- Vitamine A: van 847 naar 686 µg RE/dag;
- Vitamine B2: van 1,2 naar 1,1 mg/d;
- Vitamine C: van 82 naar 70 mg/d;
- Calcium: van 758 naar 699: 67% van de bevolking haalt de aanbevolen hoeveelheid niet;
- Vitamine B12: van 4,4 naar 3,8 µg/d.
Kortom, we kunnen niet zeggen dat de voedingsinname over het algemeen is verbeterd, integendeel… Deze nieuwe gegevens moeten ons stof tot nadenken geven over de veranderingen die we moeten aanbrengen om de situatie te verbeteren.
Lees ook: Vitamine D en plantaardige voeding: welke oplossingen zijn er?
Bron
Sciensano. Enquête de Consommation Alimentaire 2022-2025