Het flexitarisme komt overgewaaid vanuit Amerika. Vandaag kiest 1 op 5 Belgen voor vegetarische alternatieven, al dan niet afgewisseld met vlees. Retailers voldoen aan deze behoefte en bieden een uitgebreid gamma aan van plantaardige producten, al dan niet bio, voor een gevarieerd en duurzamer eetpatroon. Wat zijn de verschillende beweegredenen en gevolgen van deze trend voor onze gezondheid en omgeving?
Op 1 oktober vieren we jaarlijks ‘Wereld Vegetarisme Dag’, in België kiest 3 à 4% van de bevolking bewust voor een volledig vegetarisch voedingspatroon. Sinds enkele jaren bestaat er tevens een variant van het vegetarisme, want 1 op 5 Belgen kiest voor vegetarische alternatieven, al dan niet aangevuld met dierlijke eiwitten1. Dit aandeel is groter voor Vlaanderen (6,5%) dan in Wallonië (4,3%) (2).
Het aantal flexitariërs in ons land neemt toe, ze worden ook wel ‘flexivoren’ of ‘vegivoren’ genoemd. Uit een onderzoek van het EVA (Ethisch Vegetarisch Alternatief) blijkt dat 1 op 10 Vlamingen flexitariërs zijn, in Brussel bedraagt het aantal 1 op 7 en in Gent 1 op 6. Gezondheid, het ontdekken van nieuwe smaken, milieubescherming en dierenwelzijn zijn vaak doorslaggevend voor deze keuze. (3)
Flexibele vegetariërs
Deze trend vindt zijn oorsprong in Amerika en is afgeleid van ‘flexible vegetarians’. In een flexitarisch voedingspatroon wordt er bewust voor gekozen om minder vlees te eten, het bestaat voor 80% uit plantaardige voeding en slechts bij een paar maaltijden per week wordt er vlees geconsumeerd.
1 op 5 Belgen kiest voor vegetarische alternatieven,
al dan niet aangevuld met dierlijke eiwitten.
Het flexitarisme wint enorm aan populariteit, omdat het enige flexibiliteit in ons voedingspatroon toelaat. Sommige flexitariërs kiezen voor een vast ritme van 1 tot maximum 3 vleesmaaltijden per week, terwijl anderen eerder occasioneel vlees consumeren en hun voedingspatroon aanpassen, afhankelijk van hun levensstijl, sociaal leven of gezondheid. (3)
Uit een onderzoek van het magazine TerraEco over het vegetarisme bij Franse volwassenen blijkt dat flexitariërs de voorkeur geven aan wit vlees, vis en eieren om voldoende goede eiwitten binnen te krijgen. Zij zijn vaak liefhebbers van alles wat met eten te maken heeft, maar hebben veel aandacht voor voeding en gezondheid. Ze verkiezen tevens bio-producten en gerecycleerde verpakkingen. (4)
Flexitariërs, vegetariërs en veganisten, wat is het verschil?
Vegetariërs consumeren geen ingrediënten die afkomstig zijn van dode dieren, inclusief marinades of sauzen. Een veganist daarentegen consumeert geen producten die afkomstig zijn van of worden voortgebracht door dieren, dus ook geen zuivel producten (melk, boter, kaas, room, yoghurt, melkpoeder, melkwei, etc.) of eieren. Bovendien gaat het veganisme nog een stap verder, ze gebruiken ook geen bont, leder, wol, zijde of producten, die getest zijn op dieren. (3)
Vleesconsumptie in België
Volgens de Belgische Voedselconsumptiepeiling in 2004, eet meer dan de helft van de Belgen (56%) dagelijks vlees. De consumentengroep die het meeste vlees consumeert zijn vaker mannen met een jongere leeftijd, gematigde tot normale lichaamsbouw en actieve levensstijl. In België consumeren we gemiddeld 119 g vlees dagelijks.
Mannen (152 g/dag) blijken grotere vleesliefhebbers te zijn dan vrouwen (92 g/dag). Bovendien blijkt onze vleesconsumptie toe te nemen naargelang het aantal gezinsleden: Alleenwonenden eten significant minder vlees dan gezinnen van twee en drie of meer personen2. (2)
Vlees is een belangrijke bron van eiwitten met een hoog biologische waarde, volgens de richtlijnen van de Hoge Gezondheidsraad (2009) heeft het menselijke lichaam eiwitten nodig, namelijk 9-11% van onze totale energie-inname. Bij een gemiddelde Belg bestaat 16% van de totale energie-inname uit eiwitten. De Hoge Gezondheidsraad benadrukt dat er voor eiwitinname geen schadelijk effect wordt waargenomen voor het lichaam tot 25% van de totale energie-inname5. (5)
Vlees vervangen
Vlees is tevens een natuurlijke bron van vitaminen (B12, B1, B3 en B6) en mineralen (ijzer en zink). Vrouwen eten minder vlees dan mannen en hebben vaker een tekort aan ijzer, vanwege een grotere behoefte. Om deze voedingsstoffen terug te vinden in een vegetarisch dieet, kan men zich wenden tot eiwitten uit soja of kan men dagelijks verschillende plantaardige eiwitbronnen combineren, al dan niet met zuivelproducten (specifiek voor vitamine B12).
Volkoren graanproducten, peulvruchten, zaden en donkergroene bladgroenten dragen bij tot een goede ijzerinname. Vitamine C verhoogt de ijzeropname uit plantaardige voedingsmiddelen, terwijl koffie, thee en rode wijn dit eerder afremmen. (6)
Gevarieerd en gezond
Belgen eten over het algemeen teveel vetten en in het bijzonder teveel verzadigde vetzuren, deze verhogen het risico op hart- en vaatziekten. Vlees bevat zowel verzadigde als onverzadigde vetzuren, maar onze vleesconsumptie bedraagt slechts 11% van onze totale vetinname uit voeding.
Een gevarieerde voeding is gezond, aan de hand van meer vegetarische alternatieven in ons voedingspatroon, maken we dit mogelijk. Het flexitarisme staat toe om de vleesconsumptie te verminderen, maar niet volledig te schrappen. (2)
Verschuiving in waarden en normen
Volgens de moraalwetenschapper, Stijn Bruers, nemen we een contrast waar in onze huidige maatschappij: Belgen eten vlees, maar veroordelen tegelijkertijd dierenleed7. Voor de aanhangers van het flexitarisme is dierenethiek belangrijk, ze eten minder vlees en vaker duurzaam vlees. Bovendien is een stijgende visconsumptie nefast voor bepaalde vissoorten.
België staat in de top 5 van landen met de grootste ecologische voetafdruk ter wereld. Intensieve veeteelt bedreigt de biodiversiteit en is verantwoordelijk voor 12% van de broeikasgassen wereldwijd. Mestproductie zorgt tevens voor verhoogde watervervuiling.
Tenslotte maakt een sterk stijgende wereldbevolking een efficiënte voedselverdeling noodzakelijk. Aangezien 7 kg graan nodig is voor de productie van 1 kg rundsvlees, betekent een gematigde vleesproductie minder ontbossing en meer beschikbare vruchtbare landbouwgrond. (3)