De vereiste transitie naar een duurzamer voedingspatroon is volop aan de gang, maar wat is de impact ervan op de aanvoer van bepaalde essentiële micronutriënten? Het risico op een tekort is reëel, en zeker voor 6 micronutriënten.
De erkenning van het bestaan van de klimaatontregeling, slechts één aspect van de gevolgen van het menselijke wanbeheer van onze planeet, heeft de voedseltransitie een boost gegeven. Deze bestaat erin dierlijke producten, vooral vlees, zo veel mogelijk te vervangen door plantaardige voedingsmiddelen. De voedseltransitie komt er mede om gezondheidsredenen, hoewel deze tot op heden niet de verhoopte verandering konden teweegbrengen. Maar vandaag heeft iedereen het over het omkeren van de verhouding tussen de (momenteel overheersende) dierlijke eiwitten en de plantaardige eiwitten. Het bekendste referentiemodel is dat van de EAT-Lancet-commissie: een grotendeels (maar niet exclusief) plantaardige voeding op basis van volkoren granen, groenten, fruit, noten, peulvruchten en plantaardige oliën.
Lees ook: Richtlijnen om de wereld te kunnen voeden in 2050
Duurzaam voedingspatroon en aanvoer van micronutriënten
De impact van deze transitie, bijvoorbeeld op de uitstoot van broeikasgassen, is vrij makkelijk te beoordelen. Moeilijker wordt het als we de impact hiervan op de nutritionele aanvoer willen berekenen, en zeker van bepaalde micronutriënten waarvan we weten dat dierlijke producten een belangrijke bron zijn.
Net om die reden analyseerde een onderzoeksteam uit Ierland en Spanje 7 databases met de nauwkeurige PRISMA-methodologie. Hun systematische onderzoek richtte zich vooral op studies onder vrijlevende mensen, die na 2000 gepubliceerd werden. Van de bijna 11.000 geïdentificeerde studies werden er 56 opgenomen. Deze betroffen hoofdzakelijk hoge-inkomenslanden. Hun onderzoek werd gepubliceerd in de prestigieuze American Journal of Clinical Nutrition.
Lees ook: Obesitas, ondervoeding en klimaatverandering werken elkaar in de hand
Verminderde aanvoer van micronutriënten
De resultaten zijn allesbehalve eensluidend, maar ze tonen wel aan welke micronutriënten er meer of minder via de voeding zullen worden aangeleverd.
- Lagere aanvoer: zink, calcium, jodium, vitamine B12, vitamine A, vitamine D
- Hogere aanvoer: ijzer, folaat
Verduidelijking voor ijzer: niet-heemijzer (dus minder biobeschikbaar) ziet zijn aanvoer verhogen.
Dit model legt dus de vinger op 6 micronutriënten die bijzondere aandacht vereisen in het kader van de voedseltransitie. De auteurs erkennen dat de reikwijdte van hun studie beperkt is door het gebrek aan gegevens over biomarkers (slechts één studie). Maar toch is ze interessant, want ze vestigt de aandacht op de niet per se gunstige gevolgen van een duurzaam voedingspatroon. De auteurs dringen dan ook aan op verder onderzoek.
Lees ook: Zeewier, een potentieel schadelijke bron van jodium