Conserven, die we vaak enkel gebruiken als er niets anders in huis is, kunnen fruit en groenten toegankelijker maken en bieden een goede verhouding tussen voedingskwaliteit en prijs. Dat blijkt uit een nieuwe studie die verse groenten en fruit vergelijkt met diepvriesproducten en conserven.
Conserven hebben een wat oubollig imago, maar bezitten toch niet te verwaarlozen troeven om de doelstelling van vijf dagelijkse porties fruit en groenten te bereiken. De beschikbaarheid en de prijs worden immers vaak aangehaald als hinderpalen voor een grotere consumptie van fruit en groenten.
Een nieuwe studie heeft acht soorten groenten en tien soorten fruit in verschillende vormen onderzocht: vers, diepgevroren of in conserven. De onderzoekers hielden rekening met de voedingswaarde om de bijdrage te quoteren van plantaardig voedsel aan de aanbevolen hoeveelheden voor verschillende voedingsstoffen, in verhouding met de calorische inbreng. Ze hebben ook de prijzen vergeleken van de verschillende vormen.
Voor de groenten bleken de scores voor de voedingswaarde nauwelijks te verschillen tussen de drie vormen. Sommige groenten in conserven scoorden zelfs beter vanuit het oogpunt van de voedingswaarde. Zo bevatten tomaten in blik meer lycopeen dan verse tomaten. De voedingsvezels van bonen in blik zijn ook beter oplosbaar, waardoor ze gemakkelijker door het lichaam kunnen worden opgenomen. Blikgroenten zijn bovendien per eetbare portie goedkoper dan de twee andere vormen.
Voor het fruit was er tussen de verschillende vormen meer variatie in de scores voor de voedingswaarde, met doorgaans een duidelijk voordeel voor verse en diepvriesproducten. Conserven zijn dan weer goedkoper, behalve enkele uitzonderingen, zoals peren en abrikozen.