Anthocyanen worden in verband gebracht met een lager gehalte aan visceraal vet. Dat verband valt deels toe te schrijven aan de samenstelling van het darmmicrobioom, dat door deze flavonoïden een rijkere diversiteit kent.
Anthocyanen zijn kleurpigmenten gaande van rood tot blauw. Ze behoren tot de flavonoïden, een grote familie bioactieve bestanddelen in tal van fruit- en groentesoorten, thee, wijn en vruchtensap. Al enkele jaren is geweten dat deze fenolische bestanddelen wijzigingen ondergaan in het verteringsstelsel door toedoen van het darmmicrobioom, en vooral in de dikke darm. Wetenschappers zijn het erover eens dat die metabolisering minstens gedeeltelijk bepaalde biologische effecten kan verklaren.
Toch werd de invloed van anthocyanen op de ‘darmflora’ amper in kaart gebracht. Deze nieuwe studie kan verbanden aan het licht brengen tussen de consumptie van anthocyanen, verwante wijzigingen in het microbioom en het gehalte aan visceraal vet.
Meer leesvoer: Rood voedsel gezond voor het hart… van de Amerikanen
Anthocyanen in verband gebracht met een lagere vetopname
Bij dieren blijkt anthocyaanrijke voeding een beschermende werking te hebben tegen obesitas. Dat is het gevolg van wijzigingen in het microbioom, en meer bepaald door een toename van het aantal Akkermansia muciniphila-bacteriën. Bij de mens brachten verscheidene onderzoeken een verhoogde aanvoer van flavonoïden, waaronder anthocyanen, in verband met een lagere gewichtstoename bij volwassenen. Ook blijkt een ongebruikelijk hoge inname van anthocyanen in verband te staan met een lagere vetmassa.
In dit nieuwe onderzoek evalueerde een onderzoeksteam van Britse, Duitse en Amerikaanse wetenschappers de inname van flavonoïden en hun subgroepen. Ze brachten tegelijk het gehalte aan buik- en onderhuids vet in kaart en analyseerden de samenstelling van het darmmicrobioom bij 618 mannen en vrouwen.
Meer leesvoer: Akkermansia: de bacterie die strijdt tegen het metabool syndroom
Een rijker microbioom, minder visceraal vet
De resultaten verschenen in het American Journal of Clinical Nutrition en tonen aan dat een verhoogde inname van anthocyanen in verband kan worden gebracht met een beperktere buikvetmassa. Het verschil tussen het 1e en 3e tertiel van anthocyaaninname bedroeg gemiddeld 0,49 dm3. De resultaten voor de consumptie van anthocyaanrijke voeding tonen een gelijkaardig verschil van 0,39 dm3 tussen de 2 uiterste tertielen.
Andere vaststellingen:
- De personen die de meest anthocyaanrijke voeding innamen hadden een darmmicrobioom met een rijkere diversiteit: opvallend meer Ruminococcaceae en een beperktere toename aan Clostridium XIVa.
- De personen met een grotere diversiteit in hun microbioom, aanzienlijk meer Clostridia (die tot de Firmicutes behoren) en Ruminococcaceae en minder Clostridium XIVa-bacteriën hadden minder visceraal vet.
De ontdekkingen lijken te bevestigen dat het darmmicrobioom wel degelijk, minstens gedeeltelijk, een rol speelt in het verband tussen de anthocyaaninname en buikvet.
Meer leesvoer: Minder gewicht is goed, minder vet is beter!