Verzadigde vetten kunnen al op korte termijn niet-alcoholische leververvetting en insulineresistentie in de hand werken. Het mechanisme achter dit fenomeen is nu ontrafeld. Eén enkele inname is al schadelijk.
Niet-alcoholische steatohepatitis (NASH) wordt gekenmerkt door een overmatige ophoping van vet in de lever. Vaak gaat dit gepaard met metabole stoornissen zoals insulineresistentie (IR). Wetenschappers vermoedden al langer dat vet uit de voeding de ontwikkeling van NASH en IR kan bevorderen, maar het onmiddellijke effect was nog nooit grondig onderzocht. Daar komt nu verandering in met dit onderzoek door een team van het German Diabetes Center, gepubliceerd in The Journal of Clinical Investigation.
Eén enkele inname is al schadelijk voor de lever
Onderzoekers bestudeerden het effect van een enkele dosis verzadigd vet bij ratten en bij de mens. Dat deden ze met behulp van gelabelde koolstof. Bij de mens veroorzaakte de vetbolus insulineresistentie in spieren, de lever en het vetweefsel. De hoeveelheid vet en ATP in de lever nam toe en de gluconeogenese werd gestimuleerd. Aan de hand van aanvullende studies bij ratten konden de onderzoekers aantonen dat de inname van verzadigde vetzuren de ontwikkeling van NASH bevordert. Dat komt doordat verzadigde vetzuren de genen activeren geïnduceerd door lipopolysaccharide, PPAR en andere intermediaire factoren waarvan we weten dat ze een rol spelen bij NASH.
Een uniek mechanisme
De onderzoekers legden zo een uniek mechanisme bloot. Hun hypothese luidt dat de vetinname zowel het gehalte aan triglyceriden in de lever als de insulineresistentie beïnvloedt. De auteurs doen een oproep om dit metabole ‘kruispunt’ tussen vetten en glucose verder te onderzoeken, uitgaand van een meer realistische voedselinname (dus met een lager vetgehalte). Ook het effect van dit mechanisme op fysiologische processen van inactiviteit, overgewicht en diabetes type 2 moet verder worden bestudeerd.