Een nieuwe studie toont aan dat het voor ouders met coeliakie geen nut heeft om langer te wachten met de introductie van gluten in de voeding van hun kinderen. Dit heeft geen enkel effect op het optreden van de aandoening. Ook borstvoeding speelt geen rol in de ontwikkeling van coeliakie.
De aanbevelingen over de introductie van gluten in de voeding van baby’s veranderen naarmate de kennis over het onderwerp toeneemt. Ook nu zijn er weer wijzigingen op til. De opvatting was dat het optreden van coeliakie kon worden vertraagd door gluten later te introduceren bij kinderen die gevoelig zijn voor deze aandoening.
Tot voor kort werd aanbevolen om ‘risicokinderen’ pas gluten te geven tussen de vierde en de zevende maand. Een internationale studie van onderzoekers verbonden aan het Center for Celiac Research and Treatment van het Massachusetts General Hospital for Children toont nu echter aan dat dit niet het geval is.
Deze studie werd uitgevoerd bij meer dan 700 kinderen uit twintig Italiaanse centra die tot een risicogroep behoorden omdat één van de ouders leed aan coeliakie. Ze werden verdeeld in twee groepen: de ene groep kreeg gluten vanaf zes maanden, de andere vanaf twaalf maanden. Hierbij werd rekening gehouden met de eetgewoonten en met de hoeveelheid gluten die de kinderen aten.
De kinderen werden vervolgens gedurende ten minste vijf jaar gevolgd. Tijdens die periode volgden de onderzoekers hun immuunparameters op. Testten die positief voor gluten, dan ondergingen de kinderen een intestinale biopsie om coeliakie vast te stellen.
Volgens dr. Carlo Catassi, mededirecteur van het centrum, toont de studie aan dat het verlies van glutentolerantie een dynamisch proces is. Het is niet afhankelijk van het tijdstip waarop gluten in het eetpatroon worden geïntroduceerd noch van het feit of een kind al dan niet borstvoeding heeft gekregen. Het genetische materiaal speelt een cruciale rol bij de ontwikkeling van deze auto-immuunziekten.