Tegenover het klassieke zwaarlijvigheidsmodel, dat zich uitsluitend baseert op de ingenomen en verbruikte calorieën, staat nu een nieuw model, dat pleit voor minder koolhydraten van slechte kwaliteit en meer goede vetten.
De klassieke benadering van zwaarlijvigheid, gebaseerd op de ingenomen en verbruikte energie, is al meermaals ter discussie gesteld, met een heuse ‘voedingsstoffenoorlog’ als gevolg. Zo wordt al geruime tijd gedebatteerd over een koolhydraatarm en vetrijk dieet in plaats van het klassieke vetarme dieet met veel koolhydraten. Dr. David S. Lustig (Boston Children’s Hospital en Harvard Medical School), die bekendstaat om zijn kritische standpunten ten opzichte van koolhydraten, pakt in JAMA Internal Medicine uit met een koolhydraat-insulinemodel voor zwaarlijvigheid. Dat model wijst koolhydraten – via insuline en vooral bij een hoge glycemische lading – aan als voornaamste oorzaak van het opwekken van eetlust en vetopslag in de adipocyten.
Praktische aanbevelingen
De auteurs formuleren de volgende aanbevelingen om rekening te houden met het koolhydraat-insulinemodel voor zwaarlijvigheid:
- Minder geraffineerde koolhydraten, aardappelproducten en toegevoegde suikers – minder koolhydraten met een hoge glycemische lading en een lage nutritionele kwaliteit.
- Meer koolhydraten met een lage glycemische lading, zoals niet-zetmeelhoudende groenten, peulvruchten en niet-tropische hele vruchten.
- Als wordt gekozen voor graanproducten: kies voor volkorengranen of op traditionele wijze verwerkte alternatieven (bijv. volkorengerst, quinoa, traditioneel zuurdesembrood gemaakt van op steen gemalen meel).
- Meer noten, zaden, avocado, olijfolie en andere gezonde vette producten.
- Een correcte inname van eiwitten in stand houden, zonder dat deze te hoog wordt, met inbegrip van plantaardige bronnen.
- Voor personen met ernstige insulineresistentie kan een volledige koolhydraatrestrictie, in het voordeel van vetbronnen, het nuttigst blijken.
Geen unanimiteit over dit zwaarlijvigheidsmodel
We benadrukken wel dat niet iedereen unaniem achter dit model staat. In dezelfde editie van JAMA Internal Medicine vinden wetenschappers verbonden aan het National Institute of Diabetes and Digestive and Kidney Diseases in Bethesda en aan de Columbia University in New York dat dit model geen rekening houdt met een hele reeks vaststaande bewijzen. Als lage brandstofniveaus in het bloed eetlustuitlokkers zouden zijn en tot zwaarlijvigheid zouden leiden, hoe verklaar je dan dat zwaarlijvige personen, die een hoog glucose- en vetzuurgehalte in het plasma hebben, niet minder eten? Of nog: als koolhydraten de oorzaak van zwaarlijvigheid waren, zou de doeltreffendheid van een koolhydraatarm dieet significant hoger moeten zijn dan wat we observeren in interventiestudies. Met andere woorden, zwaarlijvigheid heeft nog lang niet al haar geheimen prijsgegeven …