De temperatuur van een drank kan een significant effect hebben op de zintuigelijke waarneming en de aanvaarding van voedsel. Deze bevinding zou een aantal culturele voedingskeuzen en misschien ook de voorkeur voor zoete producten kunnen verklaren.
De temperatuur van dranken die we aan tafel drinken, varieert sterk tussen de verschillende culturen. Noord-Amerikanen drinken traditioneel ijskoude drankjes bij het eten, terwijl Europeanen meestal de voorkeur geven aan op kamertemperatuur geserveerde drank. Aziaten drinken dan weer vaak warme dranken, zoals thee.
Deze culturele verschillen zouden een merkbare invloed hebben op de orale temperatuur, die op haar beurt de zintuigelijke waarneming en de aanvaarding van voedsel zou beïnvloeden. Om dit verschijnsel te staven, hebben Franse en Amerikaanse onderzoekers bij vrijwilligers onderzocht welke invloed de temperatuur van water (4°C, 20°C of 50°C tijdens 5 seconden) heeft op de zintuigelijke intensiteit en de zin in zwarte chocolade en cheddar.
Voor zwarte chocolade toont het experiment een beduidende vermindering van de ervaren intensiteit van de zoete smaak, het aroma en de smeuïgheid na het drinken van ijswater, in vergelijking met water op kamertemperatuur of warm water. Daarnaast hebben de deelnemers na het drinken van ijswater significant minder zin in chocolade.
Deze resultaten werden niet waargenomen met cheddar. Volgens de auteurs kan de temperatuur van een drankje dus een niet te verwaarlozen effect hebben op de voedingskeuzen, door de perceptie van de zoete smaak te wijzigen. Deze ontdekking zou een plausibel antwoord kunnen bieden op het feit dat Amerikanen, grote verbruikers van ijskoude dranken (water, frisdrank, …), een grotere voorkeur hebben voor erg zoete voedingsmiddelen. Maar deze hypothese moet nog worden bevestigd.
Mony P. et al., Food Quality and Preference, 28(2013): 449-455.